Laten we een stille revolutie ontketenen
Ma cure de silence van de Franse Kankyo Tannier is vertaald in het Nederlands met als titel De kracht van de stilte. – Kristien Bonneure had een gesprek met haar.
‘Mijn leven? Ik loop, ik eet, ik slaap, ik kijk naar de lucht, ik adem, ik aai mijn katten, ik mediteer, ik zing…’ Het antwoord typeert Kankyo Tannier, een zonnige verschijning met heldere blik, een klaterende lach, kaalgeschoren hoofd en lange pij. Ze is zenboeddhistische non, zangtherapeute, paardenverzorgster. Ze studeerde af in de rechten, werkte als journaliste en na enkele bezoeken aan zenkloosters streek ze uiteindelijk neer in de Elzas, in het klooster Ryumonji bij meester Olivier Reigen Wang-Genh, waar ze 16 jaar verbleef. Nu woont ze in een ‘cabane’ in het bos, vlakbij het klooster. Daar heeft ze tijd om zich aan het schrijven te wijden.
Tannier noemt zichzelf een ‘non 2.0’ want ze deelt haar ideeën via sociale media. www.dailyzen.fr vat goed samen waar ze mee bezig is: een dagelijkse ervaring delen, geworteld in huiselijkheid, maar met de blik op verte. Haar eerste boek De kracht van de stilte is een diepzinnig maar tegelijk lichtvoetig boek, met Franse schwung, humor en zelfrelativering geschreven. Veel inzichten en suggesties zijn ook al elders geopperd, maar Kankyo Tannier pakt het verfrissend aan.
‘Die mensen die de radio uitzetten als ze in de auto stappen… ze zijn vermoedelijk de heiligen van de eenentwintigste eeuw!’
Eén van de belangrijkste adviezen die Kankyo Tannier geeft is die van de digitale retraite: voor kortere of langere tijd alle schermen uit, geen radio, geen tv, geen telefoon, geen computer. Over de weldadige effecten daarvan is ook een ander recent boekje uiterst interessant: Kleine filosofie van de digitale onthouding van de Nederlandse filosoof Hans Schnitzler. Het is de (zeer wijsgerige) evaluatie van een experiment met zijn studenten om een week lang te ‘ontkoppelen’. Afgezien van die ene studente die een feestje liet schieten, omdat ze niet wist wie er zouden zijn en wanneer het begon, waren alle digitale geheelonthouders lovend. ‘Ik heb het gevoel dat ik meer leef, ik bepaal nu echt zelf wat ik wil doen.’ Een andere kreeg meer overzicht over de structuur van de dag en zijn eigen verantwoordelijkheid daarin. ‘Ik voelde mezelf slimmer, kon beter nadenken.’
‘In het hart van de vulkaan gaan staan’
Terug naar Kankyo Tannier. De leegte boezemt angst in, geeft ze toe; mensen vullen dat gapende gat het liefst op. Terwijl het zo belangrijk is om alleen te leren zijn.
‘Een zelfgekozen eenzaamheid, een comfortabele halve draai naar binnen, waaraan je je kunt laven voordat je de wereld weer ingaat.’
Wat Tannier over meditatie schrijft, doet sterk denken aan Leer ons stil te zitten van Tim Parks. Parks oefende veel geduld; Tannier reikt manieren aan om actief in te grijpen in de menselijke geest. Niet eenvoudig…
‘In het hart van de vulkaan gaan staan en daar onze angsten te laten smelten. Dat is de weg van de ridder die moed en vastberadenheid vereist. Maar het is ook de weg van de verzoening, van de wapenstilstand, van de acceptatie van alles wat ons vormt, zowel het ‘goede’ als het ‘kwade’.’
En wat kan ze fraai formuleren:
‘Tussen woorden, tussen bekende beelden, tussen vertrouwde gevoelens bestaat een parallel universum, een absolute en weldadige kalmte, waarvan de toegang angstvallig wordt bewaakt door de schildwachten van de concentratie en het volle bewustzijn.’
‘De stilte hervinden, dat is proeven van verveling’
En toen ontmoetten we elkaar, tussen de duizenden boeken in de Franstalige Brusselse boekhandel Filigranes. We spraken over ‘Silence for Peace’ en over onze overleden vaders. Een neerslag van het gesprek:
Ik zal de vraag nog maar eens stellen, mevrouw Tannier: wat doet u in het leven?
Ha! Die vraag stellen mensen me vaak, en ik geef er graag een ‘geometrisch-variabel’ antwoord op! Ik doe verschillende dingen. In de eerste plaats verspreid en promoot ik de zenboeddhistische meditatietechniek – en veel stilte – maar ik ben ook zanglerares en hypnotherapeute. Maar wat ik écht doe in het leven? Ik wandel, ik proef van ‘air du temps’, ik streel mijn katten, ik luister naar de geluiden van het bos.
Maar u houdt wel van praten?
Ja, ik ben een babbelaar. Als ik in gezelschap ben, hou ik van praten – ook van luisteren – maar ik ben ook vaak alleen, in de stad of in de natuur. Ik wandel graag in m’n eentje. Ik hou van het alleen zijn.
Laten we maar de koe bij de horens vatten en de moeilijkste vraag stellen. Wat is stilte? Er zijn zoveel definities, wat is de uwe?
Ok, dit is de mijne: de stilte is die stille, poëtische, magische ruimte die we allemaal in onszelf hebben, die we kunnen bereiken als we stilstaan en als we leren om de gedachten te laten voorbijgaan. Achter dat lawaai van de gedachten, van de wereld, is er … die waarlijk heerlijke ruimte.
Het heeft dus niets te maken met het lawaai rond ons, met de decibels van de stad?
Nee, want de stilte zit achter het geluid, ze komt voort uit liefhebben. We hebben het vaak over meditatie, die een waarheid zoekt voordat er woorden zijn; precies zo kun je de stilte zoeken voor er geluiden zijn. Het kan best luid zijn rond ons, maar daarachter, of liever ervoor is er iets anders.
Dus hebt u geen fysieke stilte nodig?
Nee, het idee is om je innerlijke stilte te herontdekken. Dat is de sleutel.
Het woordenboek zegt: stilte is de afwezigheid van geluid. Dat vindt u te beperkt?
Ja, en bovendien: als je de uiterlijke stilte zoekt als voorwaarde voor je welbevinden, dan zoek je de heilige graal! Natuurlijk is het prettiger om ergens te zijn waar je de wind in de bomen hoort en de vogels, maar zelfs in de stad zijn er plaatsen die relatief stil zijn. Als je echt leert luisteren, dan hoor je dat er tussen de geluiden ruimte zit, die ons toelaat om ons te verbinden met een ‘andere’ stilte.
Mensen schrikken terug voor stilte, hoe verklaart u dat?
Een groot probleem en een belangrijke kwestie! Ik denk dat we onze kinderen niet aanleren om zichzelf te leren kennen op emotioneel vlak. Als je dan plotseling de stilte ingaat, is het eerste wat je tegenkomt jezelf! Met alle ‘geslaagde’ emoties, maar ook met allerlei moeilijkheden. Wat de westerse maatschappij ons leert, is dan meteen weg te vluchten van onszelf, weg te vluchten in activiteit en lawaai. De omgekeerde beweging maken vergt een zekere emotionele opvoeding.
Hoe vullen we de leegte dan op?
Consumeren en verstrooien: in dat soort samenleving leven we nu, denk ik. Alsof mensen kinderen zijn, die je altijd maar moet verstrooien, met nieuwe spelletjes en bezigheden. Opdat ze zich zeker niet zouden vervelen. De stilte hervinden, dat is net proeven van verveling! Laat de tijd rustig voorbijglijden. Daar leeft een mens langer van (lacht).
De stille vreugde van uit het raam kijken, zoals u schrijft in uw boek.
Dat heb ik ervaren in India, tijdens een lange, spirituele retraite, wekenlang, met enkel dat raam om naar buiten te kijken. Maar het kan ook veel korter. Gewoon stoppen. De tijd nemen om te stoppen en te proeven van de stilte.
Uw boek heet in het Frans ‘Ma cure de silence’, letterlijk ‘Mijn stiltekuur’. Curer, dat is genezen. Van welke ziekte moet de stilte ons genezen?
Met ‘kuur’ wilde ik gewoon een zekere duur suggereren. De ziekte, dat is de verstrooiing, de afleiding waar ik het net over had. De energie die ons altijd weer uit onszelf haalt. Met een stiltekuur van een weekend, of zelfs een dag kunnen we opnieuw leren om … de telefoon uit te schakelen. Grote ‘challenge’, hé?
Die digitale detox, alle schermen uitschakelen, dat lijkt me steeds moeilijker te worden?
Ik vind het vreemd. De voorbije dagen was ik in Spanje en Catalonië en praatte ik met veel journalisten. Tien jaar geleden bestonden de sociale media niet. Twintig jaar geleden was er geen internet. En nu zijn we verslaafd aan zaken die de macht hebben om onze aandacht vast te houden! Het is een echte uitdaging om daar niet van afhankelijk te worden; om er gebruik van te maken als we ze nodig hebben – of zin – maar ook om ze te kunnen uitschakelen. Dat kan geleidelijk gebeuren. In de spiritualiteit zijn die inspanningen lonend die we lang kunnen volhouden. Jezelf forceren is jezelf geweld aandoen. Ik raad iedereen aan om je digitale toestellen een paar keer per dag uit te zetten. Om te kunnen ademen. Om niet met allerlei draadjes aan andere plekken vast te hangen.
En dat dan op te drijven, van minuten naar uren, naar dagen, naar een week?
Ja, of er slim mee omgaan. Mijn telefoon staat aan, maar ik kijk niet alle vijf minuten. We moeten al die toestellen anders gebruiken. Op een bewuste manier. Sociale media en internet maken deel uit van ons leven, dat is allemaal interessant, maar we moeten een nieuwe manier vinden om er mee om te gaan.
Maar u schrijft toch blogs op het internet?
Jawel, ik gebruik het internet, ik zit op Facebook en euh… zelfs een beetje op Twitter (lacht). Maar als ik iets post, dan ga ik niet de hele dag zitten kijken hoeveel likes en commentaren er zijn. Ik gebruik de nieuwe media als kanalen om informatie te verspreiden. En als ik vrede heb met mijn emoties, heb ik geen behoefte aan het zoeken naar antwoorden. Ik blijf bij mezelf, in mijn lichaam.
Rustig bij jezelf blijven, dat is moeilijk. U schrijft vele bladzijden over die innerlijke monoloog, dat inwendige stemmetje dat niet ophoudt met praten…
Dàt is de grote vraag. Het kan een stemmetje zijn, of beelden, of gedachten, fysieke gewaarwordingen, emoties. De belangrijkste techniek is om je ervan bewust te worden. Helaas leven de meeste mensen meestal als robots, gehypnotiseerd door de wereld en de dingen. De gedachten komen op, mensen volgen gewoon wat er opkomt in hun hoofd. Dat is toch eigenlijk verrassend en verontrustend! Alle oefeningen in meditatie en spiritualiteit zeggen hetzelfde: wees je opnieuw bewust van je gedachten, en beslis daarna of je die wil volgen of niet. Dat vergt veel oefening. Complex is het niet, maar het vergt training, geregelde inspanning. Inspanning… een woord dat uit de mode is…
Oefenen, herhalen, je concentreren, rituelen uitvoeren, helpt dat?
Het idee is dat je echt anders wil gaan leven, niet meer als een robot zoals ik zei. En om de oude denkpatronen te veranderen heb je inderdaad rituelen nodig, veel nieuwe rituelen. Dat is trouwens gemakkelijker in groep. Ik geef mensen vaak de raad aan om aan te sluiten bij een meditatiegroep, om te oefenen.
U legt vaak de nadruk op het lichaam, het fysieke, de oren, de ogen ook. Waarom is dat belangrijk als we over stilte praten?
Het lichaam, dat is het huidige moment. Daar staat een gelijkheidsteken tussen. Maar meestal zijn we met ons lichaam ergens op een plek, terwijl onze geest elders is: aan het voorspellen wat er gaat komen, aan het herinneren, aan het verzinnen. Onze geest zit buiten het lichaam, en het is belangrijk om te leren die geest weer naar binnen te krijgen. En meteen in het moment te stappen.
Dat is ook iets wat dieren u leren? U schrijft liefdevol over paarden, over katten.
Ja, ik heb grote spirituele meesters vlakbij me. Ik heb het geluk naast het klooster en vlakbij een bos te wonen. Met paarden, katten, kraaien en al die kleine insectjes. Ik houd ervan om doodstil te zitten en hen te observeren. En van hen op te steken hoe je spontaan en instinctief kunt zijn. Verbonden te zijn met het weer, de wind, de maan. Dieren zijn grote leermeesters.
Is uw zoektocht naar stilte iets puur persoonlijks, of zit daar ook een maatschappelijke kant aan?
Voor mij gaat het veel verder dan persoonlijk welbevinden! Als je innerlijke stilte vindt en die daarna meeneemt naar andere plaatsen, dan maak je de wereld vredevoller, dan verbind je je met alles, met de bomen en alle andere dingen en mensen. Het doel is echt een innerlijke revolutie, een revolutie van de stilte.
Is er zo’n stille beweging aan de gang, met veel mensen samen?
Dat denk ik wel. Ik voel het, ik heb de indruk – zeker met het internet, als ik dat allemaal observeer – dat er een soort bewustwording aan de gang is, dat er iets moet veranderen aan de manier van leven zoals we die kennen sinds pakweg 1945. Het hyperconsumentisme, al die afleidingen… Mensen verlangen naar iets anders, iets eenvoudigers, terug naar de natuur. Dat zal nog toenemen. Ik ben daar nogal optimistisch over.
We zitten hier tussen de vele boeken over persoonlijke ontwikkeling, geestelijk welbevinden, noem maar op… Dreigt het gevaar niet dat stilte ook commercie wordt? Dure retraites voor de rijken enzo?
Ja en nee. Als de commercie er op springt, dan zal ze er wel brood in zien, zeker. Maar het stoort me niet echt, als de goede boodschap maar verspreid raakt… Kijk naar het veganisme. Ik ben veganist en dat is blijkbaar in de mode. Dat maakt me blij, want het is goed voor de dieren. Waarom niet?
Uw boek wordt vertaald in twaalf talen, Spaans, Italiaans, Engels, Duits, Nederlands, Portugees… u hebt een gevoelige snaar geraakt?
Ja, ik was echt verwonderd. En heel tevreden. Ik denk dat het grote publiek zin heeft om de spiritualiteit te ontdekken. En mijn boek is nogal humoristisch en vreugdevol geschreven. Het is spiritualiteit voor het dagelijks leven, niet streng of zwaarwichtig. Ik denk dat dat de lezer aanspreekt.
Het is ook erg toepasbaar in het dagelijks leven. Wat zijn uw belangrijkste tips?
Ik heb veel praktische oefeningen in het boek opgenomen. Neem nu je oren. Je kunt naar de stilte luisteren. (…) Misschien is dit niet erg radiofonisch, maar je kunt je verbinden met de geluiden die er nu zijn (…) verre geluiden, dichte geluiden (…), diepe geluiden, hoge geluiden, (… gsm rinkelt… ), een beltoon (lacht). Dat allemaal beluisteren is een manier om je opnieuw te ‘centeren’ in je lichaam. Voilà, een snelle methode die je doorheen de dag kunt toepassen.
U schrijft ook over een andere manier van kijken. Wat hebben ogen te maken met stilte?
De ogen werken vaak instinctief, een restant van toen we dieren waren. Ogen zijn naar buiten gericht, bespieden wat er rondom gebeurt. Maar de beweging van de ogen creëert gedachten, en dat resulteert soms in een hyperactief brein. Wat je kunt doen als je af en toe door de stad loopt, is je ogen en je geest kalmeren door een paar minuten al stappend naar beneden, naar de grond te kijken. Een bel creëren rond jezelf, jezelf ‘centeren’ alweer. Op die manier kun je je weer aanwezig voelen, in het moment, in je lichaam.
En proberen niet te vallen!
Welnee, er ontwikkelt zich een ander gevoel, je zal niet zo snel tegen anderen aanlopen (lacht)!
Kristien Bonneure in gesprek met Kankyo Tannier
Kankyo Tannier, De kracht van stilte, Xander, 2017, 222 p.
Hans Schnitzler, Kleine filosofie van de digitale onthouding, De Bezige Bij, 2017, 128 p.