In mijn engagement heb ik het gemakkelijker, in die zin dat ík mij keer tegen zeer concrete bedreigingen. Ik verzet mij tegen allerlei vormen van geluidshinder die schadelijk zijn voor de gezondheid. Waar lawaai allemaal slecht voor is, is makkelijk te argumenteren. Waerbeke stelt zich als opdracht om stilte – die er te weinig is – te propageren. Dit lijkt mij veel moeilijker, lastig om te kwantificeren en om aan te tonen waarvoor stilte allemaal goed is.
Een goede beslissing kan een verzoenend effect hebben en alle betrokkenen tot inzicht brengen dat recht geen kwestie is van winnen of verliezen. Deze bewustwording gedijt niet in het lawaai van tegen elkaar botsende meningen en het eigen grote gelijk, maar wordt gevoed door de stilte en door gelijkmoedigheid.
Laat ons eerst de natuurlijkheid van een omgeving – haar ‘genie’ en, waarom niet, haar stilte – herkennen en erkennen. Het is er. Een stil kapelletje langs een gewone weg. Een groep hoge bomen, in stilte gegroeid. Een eenvoudige hoeve. Een klein dorp verborgen in de prachtige glooiingen van een historisch landschap. Een dorpskern waar rust primeert op voorbijgaand verkeer. Een begijnhof of een museum in een drukke stad. Het zijn fundamenten van een omgeving die men kan negeren of waarop een verlicht initiatief verder kan bouwen.
Onze samenleving heeft nood aan stilte, verstilling, stil vallen. In de stilte krijg je aandacht voor de binnenkant, voor de innerlijke wereld. Het is daar waar verbinding gevoeld kan worden met zichzelf, met anderen, met de samenleving, met de natuur en al wat leeft. Het is daar waar je in contact komt met diepere waarden. Het is in de stilte dat je kan voelen wat echt zinvol is. Dit alles leidt naar vermenselijking en is absoluut noodzakelijk in deze tijden waar we allemaal samen onze schouders te zetten hebben onder de transitie naar een duurzame en sociaal rechtvaardige samenleving.